‘Signalen in kaart brengen’ is de eerste stap van de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Maar eigenlijk hoort daar nog een stap voor te zitten.

Stel jezelf eens de vraag of je echt wilt signaleren. Deze vraag komt namelijk vóór het kunnen uitvoeren van de stappen van de meldcode. Nu hoor ik je denken: ‘Huh?! Het is toch logisch dat ik als professional bereid ben te signaleren?’ De praktijk wijst echter uit dat dit minder vanzelfsprekend is dan het lijkt. We zien dat er signalen gemist worden in de professionele settingen van onderwijs, zorg en welzijn, en dat de reacties op (mogelijke) signalen lang niet altijd adequaat zijn. Hierdoor wordt er geen start gemaakt met het in kaart brengen van signalen en vindt er geen collegiale consultatie plaats.

  • Fabriek69 verzorgt trainingen aan onder andere scholen, zorginstellingen, wijkteams, crisisteams, medici en paramedici, bijvoorbeeld omdat men een verdiepende training heeft aangevraagd over de aanpak van huiselijk geweld. In verschillende settingen komen wij met regelmaat de volgende situaties tegen waaruit blijkt dat de vaardigheden om stap 1 en 2 van de meldcode goed te kunnen toepassen nog ontbreken:

 

  • Professionals kennen de signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling niet of niet voldoende.
  • Een slachtoffer geeft geen of minimale signalen af.
  • Professionals gaan er na het volgen van een e-learning van uit dat ze de theorie in de praktijk kunnen toepassen. Helaas is dat niet altijd het geval.
  • De eigen traumatische ervaringen van professionals en/of hun bewuste en onbewuste overtuigingen (of afweer) over de thema’s spelen mee, waardoor zij een waarneming niet altijd willen of kunnen geloven. Dit is een beschermingsmechanisme dat wij bij Fabriek69 goed begrijpen, het is echter voor het signaleren niet helpend.
  • Kennis en bewustzijn wat betreft de interpretatie van de signalen ontbreekt. Slachtoffers geven ook vaak signalen af die voor iets anders kunnen staan: een kind vertoont bijvoorbeeld erg druk gedrag in de klas.
  • Het lukt professionals niet om objectief te blijven en dat wat zij signaleren goed te checken.
  • Het onderbuikgevoel wordt ondergeschikt gemaakt aan de waarneming van het brein. (Ook hier komt de afweer om de hoek kijken.)
  • Problemen worden doorgeschoven zonder dat er een echte oplossing wordt gezocht.

Wij realiseren ons dat het nogal wat vraagt om goed te kunnen signaleren en daar adequaat de juiste stappen in te zetten. Daarom pleit Fabriek69 ervoor dat iedere professional jaarlijks praktisch oefent met signaleren en het in kaart brengen van deze signalen: dit kan een groot verschil maken in de aanpak van kindermishandeling, huiselijk geweld en seksueel geweld of misbruik.

Signaleren is goed te leren, alleen moeten we ons er regelmatig op focussen. Oók als je al geruime tijd bij bijvoorbeeld een wijkteam werkt en casussen van Veilig Thuis krijgt doorgestuurd waardoor je al flink wat ervaring hebt op dit gebied. Als we allemaal onze zintuigen op standje ‘Alert’ zetten én de juiste stappen blijven zetten, kunnen we écht van betekenis zijn voor een kind of volwassene!

 

Tip: Leg met je team eens een casus naast de signalenkaart.nl  Doe dit in tweetallen, of juist plenair. Wissel uit en reflecteer op: je eigen onderbuikgevoel, onderlinge verschillen en waardoor dit komt. Wil je hier hulp bij? Neem contact met ons op via info@fabriek69.nl 

 

Artikel geschreven door Christel van der Horst, trainer en adviseur van Fabriek69

“Als we te snel weten hoe het zit dan zitten we bij deze complexe zaken juist in de gevarenzone”.

In deze podcast spreekt dr. Sietske Dijkstra over ‘planeet B’. Wat als je er achter komt dat je al die tijd op een planeet hebt geleefd die nooit bestaan heeft?

Wat gebeurt er met een kind op het moment dat zij door de ouder misleid, gebruikt en gedwongen worden? Wanneer zij zich er niet van bewust zijn dat de wereld eigenlijk heel anders werkt dan de wereld waarin zij zijn groot gebracht?

Dr. Sietske Dijkstra is in deze podcast aan het woord over de verstrekkende gevolgen van dwingende controle op kinderen wanneer deze door een ouder wordt toegepast op kinderen.

Dwingende controle is een framework waarbij op diverse manieren gedrag bij anderen wordt beïnvloed. Er wordt vaak in relatie tot partnergeweld gesproken over dwingende controle, maar ook kinderen kunnen hier slachtoffer van worden.

Een oproep om vaknieuwsgierigheid aan te zetten en wanneer we te snel denken te weten hoe het zit juist door te vragen. En wanneer we als professionals toch het verkeerde pad ingeslagen zijn en ons daarvan bewust geworden zijn dat ook toe te geven en ouders en kinderen die hiermee te maken hebben de erkenning daarvoor te geven.

Luister mee naar deze podcast en de inspirerende expertise van Sietske!

Meer leren over dwingende controle? Lees onder andere de artikelen van Sietske op haar site: https://sietske-dijkstra.nl/

Wil je weten wat Fabriek69 op dit gebied aanbiedt? Check Fabriek69.nl 

 

Over de spreker

Dr. Sietske Dijkstra, gepromoveerd psycholoog sinds 2000 en  sociaal ondernemer vanaf 1998, is een expert relationele veiligheid en deskundig in de aanpak van geweld in relaties.  Ze geeft en ontwerpt als ervaren en vaknieuwsgierig docent tal van cursussen in (na)scholing en opleiding. Ze is hoofddocent van de cursus Moed. Andere cursusthema’s zijn geweldspatronen, intergenerationeel trauma, belichaming, en ongewenst contactverlies. Ervaringskennis, reflectie op casuïstiek en belichaamde en muzische werkvormen zijn in het cursusrepertoire opgenomen. Zelf zingt ze in een koor, beoefent ze yoga, fietst en wandelt ze graag en doet ze aan zenmeditatie. Ook ontwierp ze met embodied educator Liz Wientjes een belichaamd retreat: Thuiskomen in je lichaam groeien in je vak die in het buitenland en op verzoek kan worden geboden. In haar laatste boek De kracht van ervaring (2024, Elikser) schenkt ze aandacht aan vier met elkaar samenhangende thema’s in haar werk en leven: Thuis, Geweldspatronen, Belichaming en Collectief leren. Sinds 2021 is ze als commissielid verbonden aan het Schadefonds Geweldsmisdrijven. Eerder was ze bijna acht jaar lector bij een hogeschool.

 

Wanneer een vogel het eigen nest bevuilt, is dat een signaal dat er iets aan de hand is. Het is tegennatuurlijk om je jongen groot te brengen in een bevuild nest, tenzij je zelf óók in een bevuild nest bent opgegroeid en het daardoor niet ziet. Bij kindermishandeling gaat het vaak om een patroon dat van generatie op generatie wordt doorgegeven, net zolang tot iemand in de familielijn het onder ogen durft te komen.

José Al (psychotraumahulpverlener, docent, onderzoeker, dichter en spreker) schreef het boek ‘Het bevuilde nest’ over vroegkinderlijk trauma zoals mishandeling of verwaarlozing. Aan het begin van haar loopbaan begeleidde ze vanuit de GGZ mensen met persoonlijkheidsproblematiek en psychotrauma. Met het rehabilitatiemodel als inspiratiebron keek ze vooral naar iemands mogelijkheden in plaats van de focus te leggen op de moeilijkheden, zonder daarbij voorbij te gaan aan de pijn die iemand in zijn problemen kan ervaren. Deze gelijkwaardige en veerkrachtige mensvisie vormt nu ook de basis van haar missie: onverschrokken zet ze zich in voor vroegsignalering en preventie van kindermishandeling.

Vrij komen van de familiewond

José: “Van kleins af aan draag ik een warm hart voor alles wat leeft, met name voor kinderen en dieren die in stilte lijden of bijna onzichtbaar verstoten zijn. Ik kan goed invoelen hoe het is om pijn te (ver)dragen in een volkomen afhankelijke situatie. De kern van mijn missie is om mensen met zachte kracht voorbij de blinde vlekken en aannames te bewegen, zodat het verborgen leed dat kindermishandeling heet in het licht gezet wordt.”

Portret Jose Al

José Al

Haar focus ligt op het opleiden en begeleiden van zorgprofessionals die werken met vroegkinderlijk trauma. Ze ontwikkelde daarvoor de methode Beeldta-AL, een schrijf- en tekenexposure gecombineerd met oefeningen uit de lichaamsgerichte psychotraumatherapie. “Het is belangrijk dat er meer mensen komen die zich met kennis, kunde en ervaring inzetten voor een samenleving waarin mensen vrijer komen van zowel de persoonlijke als de transgenerationele familiewond.”

Haar ervaringsdeskundigheid en ruim vijfentwintig jaar werkervaring zorgen ervoor dat José een stevige visie heeft op de diepgaande gevolgen van chronische vroegkinderlijke traumatisering. “Mijn persoonlijke levenservaring met vroegkinderlijk trauma en psychische klachten, mijn werkervaring in de psychotraumahulpverlening en mijn onderzoekswerk hebben mij duidelijk gemaakt hoe weinig kennis zowel professionals, lotgenoten als omstanders hebben over dit onderwerp. Kindermishandeling gaat ons allemaal aan, al beseffen mensen dat vaak niet. Daarom heb ik mijn boek op zo’n manier geschreven dat het voor iedereen toegankelijk is.”

Lezen met zelfzorg

‘Het bevuilde nest’ is opgedeeld in drie delen. Het boek begint met het verhaal van Astrid, die aangrijpend eerlijk vertelt over haar herinneringen, ervaringen en strijd. Deel twee beschrijft de toelichting en onderbouwing vanuit José’s dagelijkse praktijk in de psychotraumahulpverlening, en het derde deel geeft inzicht in de effecten van een onveilige thuissituatie op het kind dat erin opgroeit – ook op de lange termijn: wanneer het kind volwassen is. Dit deel is gebaseerd op het doorlopende onderzoek dat José sinds 2018 leidt en waaraan tweehonderd mensen tussen de 24 en 89 jaar deelnemen die allen zijn opgegroeid in een gezin waarin zij bij beide ouders niet veilig waren. Deze ervaringsdeskundigen hopen dat de bevindingen uit het onderzoek via dit boek zullen terugvloeien naar de samenleving; naar de plekken waar signalen van opgroeien in onveiligheid nog te weinig worden opgepakt.

José heeft haar poëzie en Fine Art kunstfoto’s door de tekst heen verweven: “Omdat juist kunst zo helpend, helend en verhelderend werkt. Het boek is als een adventskalender: je opent steeds een ander luikje in het boek en daarmee ook in je persoonlijke bewustzijn en ervaring. Het is goed om te weten dat je het boek niet in chronologische volgorde hoeft te lezen. Sterker nog, wanneer je merkt dat het levensverhaal van Astrid je emotioneel te diep raakt en ontregelt, is het belangrijk om hiernaar te luisteren. Lees dan bijvoorbeeld eerst alleen de gedichten. De drie verschillende delen zijn afzonderlijk van elkaar te lezen en de hoofdstukken zijn bewust kort en helder gehouden zodat de drempel om het boek op te pakken zo laag mogelijk is.”

Losse eilanden

In het boek zijn ook de uitkomsten te lezen van het onderzoek dat José gehouden heeft onder vijfhonderd professionals die rechtstreeks of zijdelings met kinderen en gezinnen werken. Het gaat onder anderen om professionals van de politie, (kinder)psychologen, huisartsen, (school)maatschappelijk werkers, tandartsen, Spoedeisende Hulp-verpleegkundigen, Veilig Thuis-medewerkers, leerkrachten, wijkagenten en jeugdzorgmedewerkers. “Als begeleider van het onderzoek heb ik kunnen meekijken ‘in de keuken en receptuur’ van deze verschillende professionals. De benadering en werkwijze zijn soms totaal verschillend, maar de warme harten voor de slachtoffers van kindermishandeling zijn hetzelfde. Bij vroegsignalering is het bijzonder helpend als de verschillende disciplines samenwerken, als ze van en met elkaar leren. De meest bevlogen professionals werken heel hard op hun eigen kleine eilandje. Als je het grotere geheel bekijkt dan zie je ineens dat ook het goedbedoelende ‘hulpverlenersland’ op een disfunctioneel gezin lijkt: het zijn allemaal losse eilandjes waarop iedereen vooral alles alleen doet. Vandaar dat mijn adagium is: ‘Vele harten maken licht werk, want alleen samen kunnen we werkelijk het verschil maken!’”

Meer lezen en/of het boek bestellen? Kijk op: dewegnaarbinnen.nl