Tag Archief van: signaleren

Het waarnemen van signalen van huiselijk geweld én een gesprek over signalen is iets wat vaak tussen de regels door gevoerd wordt. Zie je dat een kind geen oogcontact maakt? Dan vraag je direct hoe het met een kind gaat. Zie je dat iemand zichzelf minder verzorgd? Dan vraag je er vaak al naar. Hierdoor ben je als professional vaak al onbewust aan het signaleren.

Wanneer er echter meerdere signalen komen waar je de vinger niet op weet te leggen of je bent de meldcode aan het volgen omdat de zorgen dusdanig zijn dat je een melding overweegt, dan zal je een concreet gesprek moeten voeren om de signalen expliciet als signaal van onveiligheid met je cliënten te bespreken. Dat geeft de signalering een grotere lading.

Er kan veel misgaan in dit gesprek over signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling. En de angst daarvoor werkt verlammend. Of door de twijfel die je ervaart is het lastig een gesprek met impact te kunnen voeren. Wanneer je weet welke valkuilen je tegen kan komen in een gesprek over signalen dan kan je voorkomen dat je er in stapt en met meer vertrouwen het gesprek aangaan.

Hieronder lees je over drie veelvoorkomende valkuilen. En tips hoe daarmee om te gaan.

1. Niet concreet genoeg zijn in een gesprek over signalen van huiselijk geweld

Wanneer je een gesprek aangaat over signalen die je hebt waargenomen dan loop je al snel de kans deze valkuil te komen. Je gaat om de hete brei heendraaien omdat het ingewikkeld is terug te geven wat je daadwerkelijk hebt gezien. En bent misschien wel bezig om de daadwerkelijke signalen te verzachten of verkleinen omdat je zorg hebt dat je boodschap te hard over komt en je het lijntje met de cliënt kwijt raakt.

Gevolg is dat er veel onzekerheid in het gesprek ontstaat zowel bij de cliënt als bij jou!

Hoe dan wel?

Een goed begin is het halve werk. Zorg dat je van te voren de signalen op een rij hebt gezet en dat je deze concreet geformuleerd hebt. Ga aan het begin van het gesprek in op de concrete signalen die je waargenomen hebt en vraag daarna de cliënt om een reactie. Wacht vooral niet te lang met het naar voren brengen van de signalen. Want dan wordt het nog lastiger om het ‘beestje bij de naam’ te noemen.

2. Teveel connectie willen maken in een gesprek over signalen van huiselijk geweld

En dan… Je hebt de signalen besproken en de cliënt heeft een reactie gegeven. “Het valt allemaal wel mee”. “Het was echt heel anders dan bedoeld”. “Het is niet waar, het klopt niet!” Je cliënt gaat mogelijk ontkennen of boos worden.

Als je heel graag de connectie met je cliënt wil houden is de kans aanwezig dat je in deze valkuil stapt. Dat je te bang bent het lijntje met de cliënt te verliezen. Dat uit zich dan door mee te gaan met de reactie van de cliënt of door enkel begrip te tonen en niet door te vragen. De boodschap is besproken, de stappen van een gesprek gevolgd en klaar is Kees. Turnell en Edwards (Signs of Safety) noemen dit ook wel ‘professional dangerousness’. Te graag uit willen gaan van de goede bedoelingen van de cliënt, terwijl de feiten wel anders uitwijzen.

Hoe dan wel?

Door eerste de emotie van de cliënt op te vangen houd je de connectie. Door daarna door te vragen op de signalen door oplossingsgerichte vragen te stellen (bijvoorbeeld schaalvragen), kan je doorgaan op wat er achter de emotie bij de cliënt schuilgaat. Je komt verder in gesprek door dit zo te doen.

3. Niet het goede doel hebben in het gesprek over signalen van huiselijk geweld

In gesprek met cliënten over signalen is het heel erg fijn als je duidelijkheid en bereidheid bij de cliënt voor elkaar krijgt om ook direct hulp te aanvaarden. Het doel van een gesprek over signalen is vaak anders dan wat je eigenlijk als professional wil. Gevolg is dat je zo graag wil dat de cliënt openheid van zaken geeft dat je sturende vragen gaat stellen die een cliënt als zeer bedreigend kan ervaren.

Zoals: “Toen ik je vorige week sprak toen zag ik dat je erg verdrietig was, kan je mij vertellen wat er aan de hand is thuis?” Cliënt: “Nee hoor, dat was niet zo.” Hulpverlener: “Toch zag ik dat je verdrietig was, zou het echt niet kunnen zijn dat er iets aan de hand is thuis?”. Resultaat: een cliënt die zich in een hoek gedrukt voelt en onveilig. Want de bedoeling van het gesprek was toch puur om in gesprek te gaan over zorgen?

Hoe dan wel?

Scheidt voor jezelf expliciet het doel van het gesprek wat je hebt en je eigen behoeften: Het bespreken van de signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling en een reactie van de cliënt daarop vragen. Het eigenlijke doel is heel beperkt en ogenschijnlijk simpel. Maar strookt soms niet met je eigen behoefte, namelijk om de onveiligheid direct te stoppen. Waardoor het toch ingewikkeld voor je wordt.

Door het onderscheid te kunnen maken tussen het doel van het gesprek je eigen behoeften wordt je je bewust van de sturing die je geeft en je eigenlijk niet wil geven. Het maakt het gesprek niet minder lastig, maar wel effectiever, zeker ook omdat je op de langere termijn echt een verschil wilt maken als er daadwerkelijk wat aan de hand blijkt te zijn.

Nog meer valkuilen

Dit zijn drie valkuilen die je tegenkomt in een gesprek en die je dus kunt vermijden. Er zijn er natuurlijk nog meer waar jij tegenaan kunt lopen. In een training over de Meldcode of specifiek over gespreksvaardigheden leer je je eigen valkuilen zien. Je krijgt handvatten hoe je deze gesprekken kunt voeren waardoor de drempel om het gesprek te voeren lager wordt.

Uiteindelijk ligt de sleutel in het sneller stoppen van huiselijk geweld in kindermishandeling in het bespreekbaar maken ervan. Als je dat op een effectieve manier kunt doen draag je daar zeker aan bij.

Wil je verder lezen over signaleren? Lees dan eens dit artikel over 3 verschillende manieren om te signaleren.

Wil je een training over het signaleren en het bespreekbaar maken van signalen? Kijk dan eens bij het aanbod van Fabriek69 of er voor jou een training bij zit.