In deze aflevering gaan Ditta en Kirsten in gesprek over Femicide in Nederland.

  • Wat is Femicide? En wat is intieme terreur? Aangezien dit vaak in één adem met elkaar wordt genoemd?
  • Waarom wordt Femicide gezien als de meest voorspelbare moord en hoe kan je dit zien aankomen?
  • Wat zijn rode vlaggen en wat kan je daarmee?

Wij nemen je mee aan de hand van cijfers, inzichten en ontwikkelingen.

Wil je meer leren over Femicide? Kijk dan op onze site voor onze training over Femicide.

En wil je leren van dé expert op dit gebied?

Direct meer gerelateerd aan dit thema?

In de agenda: 24 maart 2025 Webinar over Femicide met de expert Jane Monckton Smith info en aanmelden

In deze aflevering gaan we in gesprek met Jeannette Schasfoort van het Verdwenen Zelf over Dwingende controle.

Dwingende controle is een patroon van psychische mishandeling die bij afhankelijkheidsrelaties kan voorkomen.

Je hoort in deze aflevering onder andere wat dit patroon behelst, bij wie het voorkomt. Ook hoor je wat het Verdwenen Zelf doet om onder andere meer bekendheid hieraan te geven en waarvoor je bij hen terecht kan.

Fabriek69 geeft de training Geweldspatronen, daarbij kan het Verdwenen Zelf worden ingezet als ervaringsdeskundig gastdocent. Daarnaast werken we samen om meer te doen aan het geven van bekendheid over dit thema en ook nieuwe en verdiepende trainingen te bieden aan onder andere medewerkers Veilig Thuis, Jeugdbeschermers, medewerkers Raad voor de Kinderbescherming, Sociale wijkteams en medewerkers binnen juridische dienstverlening.

Neem voor meer interesse hierover contact op met ons.

Direct meer gerelateerd aan dit thema?

In de agenda: 24 maart 2025 Webinar over Femicide met de expert Jane Monckton Smith info en aanmelden

Al jarenlang wordt wereldwijd actie gevoerd vanaf de Internationale Dag voor de Uitbanning van Geweld tegen Vrouwen. In Nederland worden sinds 2014 steeds meer gebouwen verlicht met oranje lampen om hier aandacht voor te vragen. Langzamerhand zie je dat steeds meer organisaties en ook (bekende) personen zich uitspreken tegen deze vormen van geweld.

De oorsprong van deze campagne ligt in het feit dat 25 november in 2000 is uitgeroepen tot de Internationale Dag voor de Uitbanning van Geweld tegen Vrouwen. Dit is ter herdenking van drie vrouwen die op die dag in 1961 werden vermoord in de Dominicaanse Republiek, omdat zij zich inzetten voor vrouwenrechten.

Ook wij zetten ons al jaren in voor deze thema’s: seksueel geweld en intimidatie, zowel in zorgrelaties als in partner- en familierelaties. We verbinden ons actief aan de Orange the World-campagne, onder andere door hier aandacht voor te vragen via sociale media, deel te nemen aan activiteiten en zelf lezingen te geven.

Momenteel is de aandacht voor partnergeweld, en in het bijzonder geweld tegen vrouwen, sterk toegenomen. Dit komt doordat de term femicide steeds vaker in de media wordt genoemd. Femicide is de moord op een vrouw, enkel en alleen omdat zij een vrouw is. Helaas komt dit relatief veel voor in Nederland. Ons land loopt achter in de aandacht voor de oorzaken en aanpak hiervan. Een grote groep vrouwen in Nederland is slachtoffer van een eenzijdige vorm van partnergeweld. Dit geweldspatroon, bekend als dwingende controle (coercive control), gaat vaak vooraf aan partnermoord.

De laatste jaren is er meer inzicht ontstaan in de verschillende geweldspatronen binnen huiselijk geweld. Het is bijvoorbeeld niet correct om te stellen dat er sprake is van een gelijkwaardige situatie als twee personen fysiek geweld tegen elkaar gebruiken. In de Verenigde Staten is hier al langere tijd onderzoek naar gedaan, en men heeft vastgesteld dat het geweldspatroon intieme terreur het meest risicovolle patroon is. Dit patroon is gebaseerd op het verkrijgen van macht en controle over de ander. Bij verlies van deze controle neemt het geweld vaak in ernst toe. Dit kan leiden tot gewelddadig verzet, waarbij een slachtoffer in een wanhoopsdaad uit zelfverdediging geweld gebruikt.

In Nederland worden termen rondom huiselijk geweld vaak door elkaar gehaald. Het is belangrijk te begrijpen dat geweld vanuit macht en controle een samenhang van verschillende tactieken kent en kan escaleren. Dit geweldspatroon ontwikkelt zich vaak geleidelijk in de dynamiek tussen de betrokkenen. Bij dwingende controle kan een pleger, wanneer psychische dwang onvoldoende effect heeft, overgaan tot fysiek geweld en intimidatie. Een eenmalig fysiek incident in het begin van een relatie kan het effect van controlerend en ondermijnend gedrag versterken. Wanneer er fysiek geweld wordt toegevoegd aan psychische dwang, spreekt men van intieme terreur.

Risico’s

Het risico op dodelijk geweld is veel groter bij deze geweldspatronen. Triggers voor plegers komen vaak voort uit extreme verlatingsangst of krenking van de persoonlijkheid. Jane Monckton Smith, een vooraanstaand onderzoeker op het gebied van femicide, stelt dat het breken van de loyaliteitscode kan leiden tot ernstig of zelfs dodelijk geweld. Het kan ook resulteren in zelfdoding van de pleger.

Femicide is een essentiële term in de strijd tegen geweld tegen vrouwen. Hoe ingewikkeld we dat ook vinden, het blijkt dat, pas na vele jaren internationaal onderzoek, ook in Nederland steeds meer wordt erkend dat er machtsongelijkheid bestaat in relaties tussen mannen en vrouwen. Dit verklaart waarom vrouwen veel vaker slachtoffer zijn van dodelijk (ex-)partner- of datinggeweld dan mannen.

Campagnes zoals Orange the World zijn dan ook hard nodig om meer bekendheid en bewustzijn te creëren over de signalen van dwingende controle en intieme terreur. Een volgende stap is het verbeteren van de aanpak: geweldspatronen beter herkennen, in actie komen door slachtoffers te ondersteunen bij het veilig beëindigen van relaties, en plegers effectief helpen om geweld te voorkomen.

Artikel door: Kirsten Regtop

Wij vinden het belangrijk dat het bewustzijn over geweldspatronen toeneemt, zodat professionals beter handelingsperspectieven krijgen en slachtoffers effectiever kunnen worden bijgestaan.

In het voorjaar van 2025 organiseren we een middagtraining over femicide. Tijdens deze training leer je wat Femicide is, welke factoren van invloed zijn op de aanloop naar een Femicide. Maar ook hoe om te gaan met rode vlaggen en samenwerken met een slachtoffer die verstrikt zit in het web van een pleger. Wat zijn do’s en wat zijn don’ts. Waarbij we wetenschappelijke inzichten verbinden aan de praktijk.

Deze training vindt plaats op donderdag 10 april in Amersfoort. Meer informatie en inschrijven kan via deze link.

Weet je het? Of denk je dat je het weet? 

De vraag stellen is hem beantwoorden, zo blijkt vaak in onze trainingen. Uit het recente onderzoek van I&O research in opdracht van het ministerie van OC&W blijkt dat ook maar weer. Slechts 15% van de respondenten in primair en voortgezet onderwijs lijkt de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling precies te kennen. Terwijl in driekwart van de respondenten wel zeggen hem toe te passen in hun organisatie.

Tegenstrijdige cijfers
Het zijn tegenstrijdige cijfers, maar ze verbazen ons niet. In de trainingen gaan we aan de slag met de stappen van de Meldcode. Daaruit blijkt dat het heel helpend is om te ervaren hoe het is de Meldcode, met al haar stappen, daadwerkelijk toe te passen. Meer dan eens wordt de Meldcode namelijk ingezet om te kijken of er gemeld moet worden. Een insteek die belemmerend werkt en ook handelingsverlegenheid in de hand werkt. En die ook aantoont dat het noodzakelijk is de stappen van de Meldcode wél precies te kennen.

Vertrouwensrelatie 
De vertrouwensrelatie staat vaak op het spel als men denkt dat het doel van de Meldcode is om te melden. Dit is een grote barrière om te signaleren en gesprekken aan te gaan over zorgen. Dus al voordat de Meldcode erbij gepakt wordt in het werkproces stagneert het proces. Het is helpend om te ervaren hoe de stappen precies werken, en dat melden niet het doel is, omdat dan juist de vertrouwensrelatie versterkt kan worden tussen kind en leerkracht, ouders en de school. Juist omdat leerkrachten vaak denken dat het bespreekbaar maken van signalen deze band verbreekt, neigen zij naar het werken achter de rug om van ouders. In het onderzoek (lees het gehele onderzoek hier), wordt zelfs de optie anoniem melden als oplossing genoemd. Als er iets is wat een vertrouwensrelatie kan schaden, dan is het juist het vermijden van het contact en openheid.

Maak er werk van! 

Wij moedigen het onderwijs, en dan in het bijzonder het voortgezet onderwijs, aan hier meer werk van te maken (want daar lijken de cijfers nog lager). En nodigen hen uit om bijvoorbeeld deel te nemen aan onze webinars tijdens de week tegen kindermishandeling. Want meer kennis over de Meldcode als tool om signalen serieus te nemen, kan wel een verschil maken omdat je meer vertrouwen krijgt in de professionele handelen en weloverwogen besluiten kunt nemen wat het beste is in het belang van het kind!

Maandag 18 november: kindermishandeling en huiselijk geweld bij het jonge kind om 10.00 uur

of

Dinsdag 19 november: Voldoet onze Meldcode aan de wettelijke eisen? ook om 10.00 uur.

Meer informatie op onze website: fabriek69.nl/agenda

Het was een zomerse middag toen mijn collega een telefoontje kreeg. De beller gaf aan op vakantie te zijn geweest in Frankrijk en tijdens de vakantie toch wel een heel nare situatie te hebben gezien. Een vader foeterde vrouw en kinderen constant uit. Daarbij kreeg één van de zoons een klap op het achterhoofd en werd aan kop en kont de tent in gestuurd. “Het ging allemaal wel heel hardhandig”. Omdat de beller geen contact had gehad met de medekampeerders wist hij alleen een voornaam. Dan was het voor ons als Veilig Thuis toch wel heel ingewikkeld om daar een actie op te ondernemen. ’Maar ik heb wel het kenteken genoteerd’ zei hij hoopvol. Helaas was het niet mogelijk om contact op te nemen met het betreffende gezin omdat het niet duidelijk was om wie het ging. Een enorme teleurstelling voor de beller. Maar ook voor ons. Want op dat moment konden we niet in gesprek om te kijken hoe het echt ging met het gezin.

Een situatie als deze zou je natuurlijk graag willen voorkomen. En ik denk ook dat het in veel van de situaties ook kan. Als je weet wat je kan doen en de stappen weet die je kan zetten is een begin gemaakt. Als je vervolgens ook echt in actie komt zou je zomaar eens een echt verschil kunnen maken.

Want ook in vakantietijd kan jij helpen om huiselijk geweld te stoppen.

De vakantieperiode is niet voor iedereen een periode van ontspanning en rust. Ook achter blije vakantiekiekjes kan een verhaal schuil gaan. Dat is een nare gedachte, maar huiselijk geweld neemt geen vrij in de vakantie. Sterker nog het kan ook zijn dat er geweld ontstaat.

Het voortdurend bij elkaar op de lip zitten, meer alcoholgebruik, geen contact met de gebruikelijke mensen. Geen rustpunt als de kinderen op school zitten. Veel hulpverleners en onderwijzers realiseren zich als de vakantie nadert maar al te goed dat hun leerlingen of cliënten het juist in de vakantieperiode zwaar hebben. Bij de hulpverlenende instanties merken ze vaak voor de vakantie een piek in het aantal hulpvragen en ook na de vakantie, als het normale leven weer op gang is gekomen is dat zichtbaar.

 

Elk moment dat je in actie komt is goed

Voor lang niet iedereen is het vanzelfsprekend dat je wat doet als je je erg zorgen maakt om iemand in je omgeving. Zorgen ontstaan vaak als er ineens een verandering plaatsvindt, je ziet een kind of een volwassene bijvoorbeeld ineens niet meer. Of je ziet dat er iets in het gedrag is veranderd. Als die situatie dan een tijdje weer hetzelfde blijft, dan kan het zijn dat je niet meer in actie komt en je ondertussen wel af en toe een knagend gevoel hebt wat er in je opkomt. Zou je dan toch niet nog iets moeten doen?

Welk moment je ook in actie komt, ieder moment zou een verschil kunnen maken. Natuurlijk is het van belang dat je dat zo snel mogelijk doet. De situaties zijn helaas vaak niet zo duidelijk dat je direct in actie gaat komen. Het is echter heel normaal dat je bezwaren voelt om dat te doen.

Niet ingrijpen voelt niet goed, maar wel ingrijpen kan ook niet goed voelen. Er is sprake van een duivels dilemma. Een dilemma is een signaal dat er ergens echt iets mis is, dus altijd een reden om het niet naast je neer te leggen. Zoek steun bij iemand of een organisatie die samen met jou een vervolg kan bepalen, ook in vakantietijd zijn instanties bereikbaar.

 

Kan je een gesprek aangaan? Doe het!

Wanneer je je zorgen maakt, kan een gesprek ook echt een verschil maken tussen zorgen blijven houden of wegnemen. Die persoonlijke ervaring heb ik een aantal jaar geleden gehad toen wij aan het kamperen waren met onze kinderen. Voor mij is kamperen echt het ultieme vakantiegevoel. Dat is mij met de paplepel ingegeven. Veel buiten zijn, weinig spullen nodig, spelen tot het donker begon te worden. Vrijheid! Dat kamperen ook gepaard gaat met ‘nieuwe buren’ werd ik mij deze zomer pas echt bewust. Ik zag zoveel om mij heen gebeuren en ook meer dan mij lief is. En dat was zeker niet alleen in positieve zin.

De ‘nieuwe buren’ die wij kregen waren namelijk ontzettend druk. Althans, hun kinderen. Die van mij kunnen ook druk zijn, maar direct werd mijn aandacht getrokken door het gedrag van hun zoontje. Die liep namelijk het speelveld op en sloeg het eerste de beste moment een schepje kapot van een ander kind. Ook sloeg hij direct zijn zusje, een paar jaar jonger, hard in het gezicht.

Tja… dan is het dus echt even op de handen zitten en kijken wat ouders doen. Voordat ik zelf in actie kom. De volgende ochtend werd ik echter al wreed uit mijn slaap gewekt. Zoonlief had het namelijk rond een uurtje of 6 op een krijsen gezet. Wat de ouders ook probeerden, hij bleef enorme hoeveelheden geluid produceren. Oefff…. zo je vakantie door moeten brengen. Ik had maar wat met ze te doen…

Het was wel duidelijk dat er met deze jongen wat aan de hand was. Contact maken ging lastig en hij was behoorlijk grenzeloos. Toch merkte ik bij hem wel enige begrenzing toen hij ook onze tent binnen wilde lopen en ik hem te kennen gaf dat hij eerst toestemming moest vragen aan mijn zoon om met zijn speelgoed te mogen spelen.

Waar bij mij direct alarmbellen afgingen door het gedrag van het zoontje, viel mij tegelijkertijd op dat de ouders ontzettende rust bleven houden. En na een paar dagen trad er verbetering op in het gedrag van het zoontje. Hij kende het terrein en de grenzen, hij maakte minder kabaal.

Ik vond het best lastig om te zien, maar vond het ook heel erg lastig om met hen daarover het gesprek aan te gaan. Toch heb ik de moed bij elkaar geraapt en heb hen aangesproken. Zij gaven aan dat zij, als jonge ouders, het enorm zwaar hadden. Hun zoon had op jonge leeftijd al meerdere diagnoses en zij zaten volop in de hulpverleningsmolen. De vakantie bleef voor hen echt een moment om het gestructureerde leven even achter zich te laten, maar zodra zij merkten dat hun zoon daar slecht op bleek te reageren, draaide zij hun standpunt daarover terug. Met het gewenste effect.

Ik vond het superstoer om te zien dat zij ervoor kozen wel naar een camping te gaan. Een plek waarvan zij wisten geconfronteerd te worden met enorme vooroordelen van de mensen om hen heen. Zij vertrouwden op hun eigen kunnen en dat pakte heel goed uit.

Een dilemma overwinnen heeft het mogelijk gemaakt een gesprek aan te gaan met deze ouders. Mijn zorgen waren weggenomen en zij voelden de oordelen wel die de andere mensen op de camping hadden. Ze vonden het fijn dat ik hen gewoon benaderd had. Als ik het gesprek niet aan was gegaan had ik met zorgen gezeten en zij met onrustige en prikkende ogen van mijn kant. Als je grote zorgen voelt kan je ze immers niet altijd onderdrukken. Gelukkig was het zo voor ons allemaal direct een veel ontspannender vakantie.

Maak jij je zorgen? Ook al ken je iemand niet en zie je iemand alleen op je vakantie adres? Huiselijk geweld neemt geen vakantie en jouw vakantie wordt een stuk fijner als je zorgen weg zijn genomen of als je iets hebt kunnen doen om het te stoppen. Ga een gesprek aan en als je niet weet hoe? Vraag advies. Het kan een verschil maken!

 

Tips om open het gesprek aan te gaan

  1. Stel geen waarom vragen: Vraag dus; hoe gaat het met jullie, ik zie dat jullie je handen vol hebben aan jullie zoon? In plaats van: Waarom pak je je zoon niet wat steviger aan?
  2. Geef geen ongevraagd advies: Een ongevraagd advies voelt als een impliciete boodschap dat je hoe iemand het nu aanpakt niet goed is. Vraag eerst wat ze zelf hebben geprobeerd om er mee om te gaan en hoe dat voor hen werkt.
  3. Stel open vragen en vat samen om na te gaan of je het goed begrepen hebt wat de ander aan jou vertelt. Dat nodigt uit tot doorpraten. De ander voelt dat je hem of haar serieus neemt.

 

Geschreven door Kirsten Regtop, (trainer, spreker en adviseur in de aanpak van huiselijk- en (ex-)partnergeweld bij Fabriek69)

 

Het is een gevleugelde uitspraak van oud-bondscoach Rinus Michels: “Voetbal is oorlog”. Helaas blijkt uit internationaal onderzoek dat de strijd zich in de UK, maar ook in landen als Colombia en Costa Rica, niet tot het veld beperkt.

De gemoederen kunnen hoog oplopen. In de UK werd vastgesteld dat er na een verloren wedstrijd van een nationaal team op een internationaal toernooi 38 procent meer meldingen van huiselijk geweld gerapporteerd werden. Ook na winst van de eigen ploeg werd een toename van 26 procent geconstateerd. Ook bij onderzoeken in onder andere Costa Rica en Colombia werd een toename geconstateerd. (Lees hier een interessant artikel in Flair hierover)

Nederland heeft inmiddels de achtste finales van het EK Voetbal 2024 bereikt. Voor ons aanleiding om eens stil te staan bij en aandacht te vragen voor dit thema.

Aanwezige risicofactoren bij voetbalwedstrijden

Zogenaamd ‘situationeel geweld’ is geweld dat getriggerd wordt door omstandigheden. Dit kunnen zowel interne factoren zijn – zoals gebrekkige emotieregulatie die al aanwezig is en versterkt wordt door alcoholgebruik – als externe factoren, zoals de groep mensen waarmee je naar een wedstrijd kijkt, of onenigheid thuis over het verloop van de wedstrijd en het gedrag dat dit kan losmaken.

Wat zeker voor te stellen is, is dat heetgebakerde types of emotioneel aangelegde voetbalfans het spel niet alleen tijdens de wedstrijd beleven en dat zij echt even de tijd nodig hebben om hun emoties te reguleren na afloop van een verloren of gewonnen partij. Ook in Nederland. (In ons land is daar echter nooit onderzoek naar gedaan.)

Het Oranjelegioen is vrijwel altijd optimistisch over de winkansen van de Nederlandse ploeg. Des te groter zal de teleurstelling zijn als onze voetbalhelden vanavond de wedstrijd verliezen. De blijheid zal omslaan en helaas zien we dan vaak dat er vernielingen worden aangericht in de publieke ruimte. Dit is echter niet altijd genoeg om de gemoederen tot bedaren te brengen: ook thuis vindt er vaak evengoed nog geweld plaats. Eerder gepleegd geweld is namelijk een belangrijke risicofactor voor geweld in de thuissituatie (Van Arum en Vogtländer, 2016).

Het goede nieuws is dat dit type geweld niet ontstaat als de triggers voor het geweld weggenomen kunnen worden. Als de situatie verandert, hoeft er geen geweld plaats te vinden.

Niet meer voetballen dan maar?

Het plezier dat voetbal brengt wil ik natuurlijk niemand afnemen, dat is wat mij betreft dan ook geen optie. Maar natuurlijk zou je van alles willen doen om huiselijk geweld te voorkomen. In enkele gevallen kan dit ook. Als je ziet aankomen dat het volgen van een voetbalwedstrijd meer dan alleen wat gedoe in de thuissituatie gaat opleveren, kun je maatregelen treffen om te voorkomen dat dit gebeurt. Ga bijvoorbeeld na de wedstrijd niet direct naar huis, minder het alcoholgebruik, of kijk de wedstrijd met een andere vriendengroep. Kortom, je kunt de dingen die triggerend werken uit de situatie weghalen.

Het is natuurlijk ontzettend schaamtevol als je merkt dat de spanning thuis zo hoog oploopt dat het niet meer okee is. En dus is het een enorme drempel om dit bespreekbaar te maken. Ik zou je willen aanmoedigen om dit wel te doen. Praat er vooral met elkaar over, maar betrek er ook andere mensen bij die met jullie kunnen meedenken: hoe kan het spel leuk blijven en plezier voor het hele gezin bieden?

En als er iemand bij jou komt om hierover te delen: laat vooral jouw eigen oordeel achterwege, ook als je denkt dat jij het zelf heel anders aan zou pakken. Besef dat het voor de ander heel ingewikkeld is om hierover te delen. Ga naast diegene staan om vervolgens te onderzoeken wat hij of zij wil bereiken met dit gesprek. Verwijs eventueel door naar professionele hulpverlening en vraag na een tijdje of die hulp hen geholpen heeft.

In de UK is inmiddels een campagne gestart onder de titel ‘No more injury time’ (‘Geen blessuretijd meer’) en ook in andere landen blijkt dat soortgelijke campagnes rond grote voetbalevenementen effectief zijn. Het bespreekbaar maken van en het delen over huiselijk geweld werkt duidelijk preventief, daarom besteedt ook Fabriek69 hier aandacht aan. Niemand wil dat de blessuretijd langer doorloopt dan de scheidsrechter heeft bepaald. Ook wij niet. Laten we er samen voor zorgen dat iedereen de mogelijkheid heeft om vooral te genieten van de wedstrijd!

 

Dit artikel is geschreven door Kirsten Regtop – bestuurder en trainer bij Fabriek69 

In deze podcast reflecteren Jeroen en Kirsten op de reacties in de media op de ernstige situatie in Vlaardingen waarbij een meisje van 10 door haar pleegouders dusdanig is mishandeld dat zij in het ziekenhuis terecht is gekomen met ernstige verwondingen. Aanleiding is de zorg dat de reactie die we zien in de media iedere keer bij dergelijk ernstige situaties tot op heden nog niet heeft geleid tot een structureel verschil voor kinderen.

  • Hoe komt het dat professionals niet handelen terwijl er wel ernstige signalen zijn?
  • Welke mechanismen liggen daar aan ten grondslag en hoe kan je daarmee omgaan?
  • Hoe komt het dat we het dan direct hebben over verantwoordelijke instanties, ketensamenwerking en protocollen?
  • Hoe komt het dat het wel heel duidelijk kan zijn dat er iets ernstig mis is we dit toch niet zien?

Een oproep voor professionals om niet naar buiten te kijken, maar zelf ook aan de slag te gaan om dit anders te kunnen doen.

 

Dr. Sietske Dijkstra houdt zich al jaren bezig met de aanpak van geweld in afhankelijkheidsrelaties. De knowhow die zij in die jaren heeft opgedaan als wetenschapper, onderzoeker, publicist, docent en vooral als mens heeft zij beschreven in haar nieuwe boek ‘De kracht van ervaring’. Wij waren benieuwd naar dit boek en interviewden haar voorafgaand aan de boekpresentatie op 8 maart 2024. Want: waarom deze titel en waarom heeft ze gekozen voor de vier thema’s in het boek: thuis, geweldspatronen, tacit knowing en collectief leren?

 

Sietske Dijkstra begon haar wetenschappelijke carrière in de jaren ’80: ze maakte als interviewer en stagiaire onderdeel uit van het eerste Nederlandse onderzoek naar de kwaliteit van jeugdervaringen, retrospectief bevraagd bij volwassen vrouwen. In werkelijkheid was dit een onderzoek naar seksueel misbruik. In die tijd werden er geen specifieke woorden gegeven aan de belichaamde ervaring, maar tijdens de begeleiding van de geïnterviewden voelde ze die aanwezigheid wel. Sietske: “Het gevoel alleen al als je soms door een deur heen stapte… Maar ook de weerstand die je kon voelen en waar je vervolgens als vakpersoon iets mee moest. Het zoeken naar de ruimte door mee te bewegen met de ander. Mogelijkheden onderzoeken bij jezelf en bij de ander, zodat er ook weer nieuwe ruimte kon ontstaan.”

De vier thema’s in het boek zijn: thuis, geweldspatronen, tacit knowing en collectief leren. Waarom heb je gekozen voor deze vier thema’s?

“Dit boek is een soort oogst en bevat een kern van wat er naar mijn idee toe doet. Het samenbrengen van de kennis in deze vier thema’s is een eerste manier van ordenen. Deze thema’s passen bij mij en mijn werk. Ze hebben ook in bredere zin relevantie.”

De thema’s/hoofdstukken zijn afzonderlijk van elkaar te lezen en hangen tegelijkertijd samen. Ze kenmerken de kern van al Sietskes werk in de aanpak van geweld in afhankelijkheidsrelaties.

Sietske Dijkstra overhandigt het eerste exemplaar van haar boek aan Janine Jansen

Sietske Dijkstra overhandigt het eerste exemplaar van haar boek aan Janine Jansen

Geweldspatronen

“Geweldspatronen zijn de hard core van ons werk: het gaat om deze kennis, en dan met name de kennis over de ondermijning en de verstrekkende gevolgen. Hoe kun je machtsongelijkheid herkennen en laten kantelen, en hoe kan de hulp daarop aansluiten? Dat is essentieel. Het geweldspatroon van met name dwingende controle wordt nog te vaak niet goed gezien. Het gaat dieper dan alleen de incidenten te bezien, een patroon is meer dan een optelsom van incidenten. Het gaat ook om de samenhang tussen feiten, en om inzet van analytische kracht. Verschillende domeinen van veiligheid, zorg en welzijn gaan hier met verschillende kwaliteiten mee om. Hierin kunnen we veel van en vooral ook met elkaar leren.”

Thuis

‘Thuis’ staat voor geborgenheid en veiligheid – zaken die ook geschonden kunnen worden, bijvoorbeeld door geweld zoals seksueel misbruik. Sietske: “Zeker als dat geweld in de intimiteit van je eigen huis plaatsvindt. Ik ken verhalen van mensen die niet meer thuis kunnen verblijven omdat de beelden van het misbruik van hun kind in hun huis onverdraaglijk zijn.”

‘Thuis’ gaat dus verder dan de vier muren van het huis. Het is een realiteit en een metafoor voor thuis zijn in je buurt, in je huis, in je lichaam, in je leven en zelfs: op onze planeet. ‘Thuis’ kan ook ergens buiten zijn, zoals de omgeving waarin Sietske als boerendochter opgroeide. Toen ze een voorstelling van zangeres Nynke Laverman en haar man Sytze bijwoonde en het geluid van weidevogels hoorde, besefte ze ineens dat ze tijdens het laatste bezoek met haar zus aan Friesland geen enkele weidevogel meer had gehoord. Het verlies drong met een klap tot haar door: ook door veranderingen in de omgeving, zoals het uitsterven van weidevogels, kan het thuisgevoel aangetast worden. (Dit voorbeeld komt terug in de podcast ‘Thuis zijn’, waarin Sietske in gesprek gaat met lector begeleidingskunde Michiel de Ronde en met NIVOZ-podcastmaker Rob van der Poel.)

Tacit knowing

Tacit knowing (onbewuste kennis) heeft te maken met een uitspraak van econoom Michael Polanyi: ‘We can know more than we can tell’. De term ‘tacit knowing’ gaat over het overbrengen van kennis die je wel hebt – bijvoorbeeld omdat een mens ervaringen ook altijd opslaat in het lichaam – maar waar je geen woorden aan kunt geven. Ook in traumabehandeling komt steeds meer het lichamelijke op de voorgrond te staan. Sietske: “In het trauma zelf is er geen taal. Maar mijn lichaam is wel aangedaan, en zo kan ik iets ophalen op een dieper niveau, wat kan bevrijden. Sommigen zien het als een onvoltooide beweging die is vastgezet in het lichaam en die het lichaam leidt en last geeft. Als je de beweging kunt voltooien, kan dit verlichting geven.”

Ook voor professionals geldt dat zij waarnemen met hun lichaam. “Als we dat niet door ons heen laten bewegen, kunnen we fysieke klachten krijgen”, weet Sietske. “Rugpijn was een klacht van een heel ervaren en sensitieve professional die veel verantwoordelijkheden op haar rug meedroeg.”

Collectief lerenOmslag van het boek

“Het collectieve leren brengt ons verder in de aanpak van geweld in afhankelijkheidsrelaties. Er wordt veel gestudeerd, maar dat individuele leren is niet voldoende. Als we echt verandering willen, is het noodzakelijk om werk te maken van collectief leren. Het gezamenlijk leren en het delen met elkaar in gemeenschappen maakt dat we de ambachtelijkheid van ons vak laten ontplooien, en het verrijkt”, aldus Sietske. “We hebben als trainers ook parallelprocessen in de aanpak van geweld in afhankelijkheidsrelaties. We zouden vaker afstemming kunnen zoeken om ook de specialistische kennis beter te borgen en om gemeenschappelijkheid uit te dragen. Scholing gaat niet alleen over het verwerven van kennis, maar richt zich juist op het doen, het toepassen, op de groei van vaardigheden en de ruimte die je jezelf geeft om zelf ook te leren. Ik leer zelf ook en herschik altijd wat ik in trainingen wil vertellen, of ben scherp op instrumenten die worden toegepast. Als trainers leren we sowieso ook weer van elkaar, van gastdocenten en van ervaringsdeskundigen, en dat kunnen we weer meenemen in de cursussen voor professionals.”

Tot slot een belangrijke boodschap van Sietske, die duidelijk maakt waarom haar boek kan bijdragen aan verdere ontwikkeling van vakbekwame professionals en het beleid: “Ik heb het boek opgedragen aan iedereen die iets uit deze thema’s goed kan gebruiken. Het is belangrijk dat het boek nu zijn weg weet te vinden. En dat beleidsmakers dienstbaar zijn aan de uitvoering en niet los daarvan staan: dan krijg je wat Sharon Stellaard in haar proefschrift ‘Boemerangbeleid’ noemt. Hetzelfde gevaar zit ook in de aanpak van geweld. Het Verwey-Jonker instituut heeft met haar onderzoeken naar wat er na een melding van geweld gebeurt de lijn kunnen uitzetten. We hebben daardoor veel waardevolle data gekregen, en analyses van de mismatch tussen de geboden hulp en het gezin en het niet-stoppen van het geweld. Zo krijgen we ook op de lange termijn scherp zicht op de bodem van het geweld en op verschillende geweldspatronen. Geweld is geen uniform verschijnsel. Als we het zo benaderen missen we de boot. Met en van elkaar leren en kennis overdragen is daarom een must.”

Het boek ‘De kracht van ervaring’ van Dr. Sietske Dijkstra is eerder deze maand verschenen bij Uitgeverij Elikser.

Één van de meest gehoorde reacties van ouders op de vraag of zij weten wat hun ruzies met hun kind doet is wel: “Mijn kind lag te slapen en heeft niks gemerkt”. In feite gooien ouders daarmee de deur om het gesprek aan te gaan op slot. Samen een oplossing zoeken lijkt verder weg dan bij de start.

 

En dat is nou net wat ik denk dat ouders niet willen. Ik ben er van overtuigd dat bijna alle ouders willen dat hun kind het goed heeft. Vaak zelfs beter dan zij zelf hebben gehad. We moeten niet vergeten dat ouders waartussen huiselijk geweld plaatsvindt, dit ook zelf meegemaakt kunnen hebben op jonge leeftijd. Mijn uitgangspunt is dat vrijwel alle ouders altijd het beste willen voor hun kind.

Waar gaat het dan toch soms mis?

Het lijkt eigenlijk heel logisch. Wanneer je relatie in de knel zit slaap je allicht minder goed. Daarom kan je minder hebben en je reageer je niet altijd even leuk naar je kinderen toe. Best verklaarbaar voor ouders toch? Maar als het té vaak gebeurt en té lang duurt kan dit ernstige effecten hebben op de ontwikkeling van kinderen. Voor een zeer confronterende foto van hersenontwikkeling en een wetenschappelijk artikel: Klik hier

Wat kan je met deze informatie als professional? 

Het geven van psycho-educatie is een methode om ouders te helpen inzicht te krijgen. In het kort: uitleggen wat de effecten van Huiselijk Geweld zijn op de hersenontwikkeling van hun kinderen.

Maar hoe doe je dat dan, het geven van psycho-educatie? Want het geven van voorlichting op een moment waarin het huishouden onder enorme druk staat, komt lang niet altijd binnen bij ouders. Hieronder geef ik een drietal tips.

  1. Geef als eerste aan dat je er van overtuigd bent dat ouders het beste voor hebben met hun kind. Wees daarin ook oprecht. Als je hierin niet oprecht kunt zijn, dan is de basis om in vertrouwen het gesprek aan te gaan al onvoldoende, en kan je beter in overleg met een collega bepalen wat de juiste stappen zijn.
  2. Zorg ervoor dat er een gelijkwaardige relatie is tussen jou en de cliënt. Jij kan dan weliswaar kennis hebben van het effect van huiselijk geweld op kinderen. Niemand kent het kind zo goed als de ouder zelf. Hoe goed of slecht deze ook voor het kind kan zorgen op dat moment. Als je niet gelijkwaardig in gesprek kan gaan met de ouder(s) overleg dan met een collega wie het beste het gesprek kan voeren.
  3. Neem informatie mee om achter te laten. Maak het liefste het hele gesprek visueel door middel van afbeeldingen en tekeningen.  Ouders kunnen dan op een later moment nog eens nalezen wat jij nu feitelijk hebt besproken met hen.

Tijdens de training “Mijn kind merkt er niks van” gaan we aan de slag met het geven van psycho-educatie. Eerst onderga je de simulatie “Vergeet mij niet” met een Virtual Realitybril, waarbij je ervaart hoe het is als kind getuige te zijn van ruziënde ouders. Daarna gaan we met visuele ondersteuning (tekenen) oefenen met het inzichtelijk maken van de psycho-educatie in gesprek met ouders. 

Wil je deze training voor medewerkers van jouw organisatie? Neem dan contact op met info@fabriek69.nl voor vrijblijvend meer informatie.